Minimalistische interieurs zijn prachtig, maar het risico is dat ze wat kil kunnen aanvoelen. Hoe los je dat op? Hoe breng je warmte in huis, zonder de minimalistische stijl te verliezen? We zetten zes tips voor je op een rij.
1: Warme kleuren
Zorg voor warme kleuren. Dat hoeft zeker niet te betekenen dat je veel kleur in huis moet halen. Als je het kleurenpallet heel licht of rustig wilt houden, kan je bijvoorbeeld voor beige of lichte bruintinten kiezen met warmte erin.
2: Natuurlijke materialen
Natuurlijke materialen passen in ieder interieur. Minimalistische interieurs zijn zeker geen uitzondering. Hout is de perfecte manier om warmte in huis te halen, zonder de rustige uitstraling te verstoren. Denk aan een houten vloer, houten meubels of een houten wand.
Ook andere natuurlijke materialen zijn welkom om het minimalistische interieur wat “op te warmen”. Denk aan rotan, bamboe, katoen, jute en wol. Vazen en schalen van aardewerk staan ook prachtig.
3: Verschillende texturen
Ook met een rustig kleurenpallet kan je diepte en contrast in je interieur brengen. Dat doe je door verschillende texturen naast elkaar te gebruiken. Daar komen die natuurlijke materialen goed bij van pas.
Een makkelijke manier om lekker veel texturen in huis te halen: een hoop verschillende kussens op de bank. Dat geeft meteen een warm en gezellig gevoel. Combineer kussens met elkaar in verschillende:
- Formaten
- Vormen
- Texturen
- Kleurtinten
Juist als je voor allerlei verschillen kiest, wordt het een mooi geheel. Houd het kleurenpallet wel rustig. Kies bijvoorbeeld voor verschillende tinten van één kleur.
4: Decoratie: keuzes en groepjes
Het is fout om te denken dat accessoires niet in een minimalistisch interieur thuishoren. Je wilt juist wel decoratie toevoegen voor wat warmte en gezelligheid. Als het maar niet te veel is.
Met te veel woonaccessoires wordt het rommelig en doe je de minimalistische stijl tekort. Het is de kunst om hier een goede balans in te vinden.
Hoe pak je dit aan? Ten eerste kies je kritisch. Welke stukken zijn het echt waard? En welke stukken passen goed bij het kleurenpallet? Matcht het met je andere decoratie?
Ten tweede groepeer je je decoratie. Je verspreidt niet alles door het huis. Dan wordt het te druk en rommelig. In plaats daarvan kies je een paar plaatsen waar je een groepje decoratie bij elkaar zet. Bijvoorbeeld op een dressoir, de salontafel of een wandplank.
5: Unieke wanddecoratie
Kale muren voelen kil aan. Hang daarom wanddecoratie op. Ga niet voor massaproductie. Kies een stuk voor aan de wand met een uniek ontwerp. Een stuk met karakter. Dat geeft je woning meteen veel sfeer. Ook als het maar één stuk is.
Het is tof om voor wanddecoratie met structuur te kiezen. Een stuk wat niet helemaal glad is. Dat kan bijvoorbeeld iets van natuurlijke materialen zijn of wanddeco met 3D reliëf. Hierbij heb je veel keuze uit mooie minimalistische stukken waarbij maar één kleur gebruikt wordt.
6: Ronde vormen
Ronde vormen zijn ideaal om een minimalistisch interieur warmte te geven. Ze stralen zachtheid en vriendelijkheid uit, terwijl ze de rust absoluut niet verstoren.
Je kan hierbij denken aan cirkels en ovalen, maar ook aan meubels met afgeronde hoeken. Bijvoorbeeld een ronde bank waarbij de hoeken en randen mooi afgerond zijn.
Ook natuurlijke vormen, zoals kiezelvormen, zijn aanraders. Een kiezelvormige salontafel staat perfect naast die bank met zachte vormen.
